Vijftig landen en tientallen doelen

De Nederlandse overheid geeft hulp aan ongeveer vijftig landen. In 2022 was de grootste ontvanger Oekraïne, gevolgd door Ethiopië, Mali en Jemen. We geven niet alleen geld aan landen, maar ook aan multilaterale organisaties zoals de Wereldbank en humanitaire organisaties van de Verenigde Naties en de Europese Unie.

Wat gebeurt met dit overheidsgeld?

In 2021 ging ongeveer een kwart naar voedsel, schoon water en klimaat. Boeren en boerinnen kregen bijvoorbeeld hulp om zich beter te weren tegen overstromingen, droogtes en hitte. Met beter zaaigoed en met klimaatbestendige gewassen, maar ook met drijvende tuinen en slimme apps die het weer voorspellen.

Keuzevrijheid

Ongeveer een kwart ging naar gezondheid, vrouwenrechten, onderwijs en
maatschappelijke organisaties. Seksuele gezondheid is voor Nederland een belangrijk
thema: vrouwen en meisjes moeten hun eigen keuzes kunnen maken rond relaties,
seks en het gebruik van voorbehoedsmiddelen.
Nog een kwart ging naar vrede en veiligheid. Nederland steunt noodhulp aan
slachtoffers van oorlogen en rampen, zoals in Oekraïne en Jemen. In andere landen
werden landmijnen opgeruimd en rechters en officieren van justitie getraind. Het sturen
van vredesmissies wordt overigens niet uit ontwikkelingsgeld betaald.

Nederlandse bedrijven werken aan tuinbouw, duurzame energie en watersystemen

Banen in toerisme

Het laatste kwart ging onder andere naar economische ontwikkeling en handel. In Jordanië, bijvoorbeeld, kregen jongeren training voor banen in de landbouw en het toerisme. En zo’n zestig Nederlandse bedrijven hielpen met het verbeteren van tuinbouw, het duurzamer maken van energievoorzieningen en het beheren van watersystemen in lage inkomenslanden. Daarmee versterkt Nederland lokale economieën en schept het een afzetmarkt voor Nederlandse producten.

“Je krijgt wat je geeft.” Met deze slogan voerden ontwikkelingsorganisaties in 2012 campagne. Ze wilden dat het overheidsbudget voor ontwikkelingssamenwerking overeind bleef. Hun boodschap: ontwikkelingssamenwerking is niet alleen geld weggeven, het levert ons land ook iets op. Bij de gewone Nederlander raakte deze slogan geen snaar. Want hulp geven, dat doen we uit medemenselijkheid. Dat doen we om de armoede van anderen te verminderen, om hun honger en ziektes uit te bannen en hun onderwijs verbeteren. We doen het niet voor onszelf.

Lees meer
Lees meer over Wat heeft Nederland aan ontwikkelingssamenwerking?

De Nederlandse overheid geeft hulp aan ongeveer vijftig landen. In 2022 was de grootste ontvanger Oekraïne, gevolgd door Ethiopië, Mali en Jemen. We geven niet alleen geld aan landen, maar ook aan multilaterale organisaties zoals de Wereldbank en humanitaire organisaties van de Verenigde Naties en de Europese Unie.

Lees meer
Lees meer over Wat gebeurt er met ons ontwikkelingsgeld?

In 2022 gaf de Nederlandse overheid 6,2 miljard euro uit aan ontwikkelingssamenwerking. Dat is ongeveer 0,67 procent van ons bruto nationaal inkomen (bni). Dat is iets minder dan de norm van 0,7 procent die rijke landen met elkaar afspraken. Een flink deel van dat bedrag kwam ons land echter niet uit. Zo wordt het eerste jaar van de opvang en onderwijs voor asielzoekers uit dit budget betaald. In 2024 gaat dat om ruim 1,3 miljard euro. Dat maakt van Nederland een grote ontvanger van eigen ontwikkelingsgeld. Zo’n 3,2 miljard euro werd in 2022 daadwerkelijk besteed aan de ontwikkeling van lage- en middeninkomenslanden – iets minder dan 0,4 procent van ons bni en 0,9 procent van onze Rijksuitgaven. Oftewel: van elke euro die Nederland uitgeeft, gaat iets minder dan 1 cent naar ontwikkelingssamenwerking.

Lees meer
Lees meer over Hoeveel geeft Nederland uit aan ontwikkelingssamenwerking?

De wereld wordt steeds minder arm. Extreme armoede neemt al af sinds de negentiende eeuw. Anderhalve eeuw geleden leefden bijna acht op de tien mensen in grote armoede. Zij moesten, gemeten met de maatstaf van vandaag, rondkomen van minder dan 2 dollar 15 per dag. In 1981 waren nog vijf op de tien mensen extreem arm. En vandaag zijn dat er minder dan een op de tien.

Lees meer
Lees meer over Hoe arm is de wereld?